- bewust
- {{bewust}}{{/term}}I 〈bijvoeglijk naamwoord〉1 [betreffend] concerned ⇒ involved2 [besef hebbend van, ook in samenstellingen] aware ⇒ conscious3 [door het bewustzijn gecontroleerd] conscious ⇒ aware4 [in het bewustzijn aanwezig] conscious♦voorbeelden:1 op de/die bewuste dag • on the day in question2 energiebewust • energy-consciouspolitiek bewust (worden) • (become) politically consciousvoor zover ik mij bewust ben • to my knowledgezich bewust zijn van • be aware/conscious of 〈verantwoordelijkheid〉/awake to 〈gevaar〉 ; appreciatezich bewust worden van • become aware/conscious ofzich van geen gevaar bewust • (quite) unaware of any dangerik ben me (er) niet bewust (van) dat ooit beweerd te hebben • I am unaware of having ever said thatII 〈bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉1 [opzettelijk] conscious ⇒ knowing♦voorbeelden:1 iets bewust doen • do something deliberatelyiemand bewust navolgen • (consciously) follow in someone's footsteps
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.